Waarom wielrennen in Luxemburg op je bucket list moet komen te staan
Heerlijke heuvels, schitterend asfalt, verrassende routes en respect van medeweggebruikers: Luxemburg moet je echt eens met de racefiets bezocht hebben.
Sander Jansen

Je kent het ongetwijfeld: de datum voor het jaarlijkse fietsuitje met je vriendengroep staat in de agenda. Maar waarheen dit keer? Met mijn vaste groep fietsvrienden was ik al met de racefiets in Zuid-Limburg, de Ardennen, de Eifel, de Vogezen en we gingen zelfs al van oost naar west door de Pyreneeen. Vorig jaar deden we het eens anders en pakten we de gravelbike voor de TransBelgian bikepacking route, maar dit jaar wilden we weer zonder tassen fietsen op de racefiets, in een regio die we nog niet kenden en die niet te ver rijden was. De keuze viel op Luxemburg en we werden zeer positief verrast.
Wielrennen in Luxemburg betekent klimmen
Fietsen in Luxemburg staat garant voor de nodige hoogtemeters, zeker als je ten noorden van Luxemburg-stad blijft. We beginnen onze meerdaagse tocht in het prachtige plaatsje Wiltz, waar we na aankomst op camping Kaul al even een 'opwarmrondje' rijden: een rit van 70 kilometer met 1500 hoogtemeters. Serieus klimmen dus! De omgeving van het dorp is schitterend, waarbij je relatief vlak kunt rijden langs de Wiltz rivier, maar je direct de hoogte in gaat zodra je de vallei verlaat.
De hoogteverschillen tussen dal en heuveltop zijn daarbij met ruim 200 hoogtemeters behoorlijk groot en aangezien het vaak percentages zijn tussen de vijf en acht procent ben je al gauw 10 tot 15 minuten aan het klimmen. De nodige haarspeldbochten geven daarbij het echte klimgevoel. Vooral de Groesteen vanuit Keppeshausen, goed voor zo'n vier kilometer aan 6,5%, zet onze klimbenen op dag één direct aan het werk. En wat al direct opvalt: de wegen liggen er hier fantastisch bij! Zelfs de kleinste weggetjes hebben strak asfalt, wat een genot in vergelijking met de Belgische Ardennen!
Tekst gaat verder onder afbeelding

Het is heerlijk hoogtemeters maken in Luxemburg,
Zonder tassen, toch een rondrit
Na een prima nachtrust in de chalets van de camping maken we ons op zaterdag gereed om Wiltz voor een aantal dagen te verlaten. Het rijden van A naar B is ons altijd goed bevallen, omdat je dan meer van een land of regio kunt zien en je weinig stukken over dezelfde wegen rijdt. Daarom kiezen we ervoor om een meerdaagse rondrit door heel Luxemburg te maken en niet vanuit een vaste verblijfplaats te fietsen. Tassen op de racefiets zijn echter niet ideaal, zeker als je soms ook lekker door wilt rijden en jezelf wilt testen op de nodige klimmetjes. Daar hebben ze in Luxemburg een goede oplossing voor: het bagagetransport van Move We Carry.
Voor 12 euro per tas, wordt je bagage overal in Luxemburg opgehaald en gebracht naar je volgende verblijfplaats. Van te voren was ik enigszins huiverig: zou alles goed verlopen met de pickup van de tassen als wij al vertrokken zouden zijn en op tijd arriveren op de volgende verblijfplaats? De campingbaas verzekert ons dat het goed komt en biedt ons nog aan om onze auto's op de afgesloten parkeerplaats te laten staan. Topservice!
De Koninginnerit: het zaagtandprofiel
De tweede dag staat direct de koninginnerit op het programma. We rijden vandaag van Wiltz naar Wallendorf, een rit die nog geen 50 kilometer met 400 hoogtemeters hoeft te tellen, maar dat is ons te makkelijk. Thuis tekende ik daarom al een route van ruim 100 kilometer uit met ruim 2.500 hoogtemeters, goed voor een waar zaagtandprofiel.
De eerste klimmen rondom Esch-sur-Sûre zijn prachtig, over kleine weggetjes kronkelen we door de bossen omhoog, dalen af over een grote weg, om direct daarna weer omhoog te draaien op de lastige klim van Heiderscheid. De zon schijnt uitbundig en we genieten volop, ons beseffend dat we zo dicht bij huis zo'n prachtig fietsgebied hebben getroffen.
De hele dag geeft eenzelfde beeld op onze fietscomputers als we aan de voet van een klim komen: telkens overbruggen we zo'n 250 hoogtemeters in 3 à 4 kilometer. Nooit supersteile percentages van boven de 15%, maar altijd genoeg om je benen flink op te pijnigen. Het bonusrondje wat ik aan het eind nog had uitgetekend laat iedereen daarom zonder nadenken schieten, na 104 kilometer intervallen over de heuvels zijn de benen gesloopt. Voldaan genieten we met een drankje na in de tuin van Hotel Dimmer, een hotel dat is aangesloten bij het Bed+Bike label, wat onder meer garandeert dat onze fiets veilig gestald kan worden. Wel zo prettig met de schrikbarende dure fietsen die we bij ons hebben...
Via het Mullerthal en de Moezel naar het zuiden
Op zondag wacht ons de grootste verplaatsing, richting het zuidelijkste puntje van het land. We vertrekken op een natte weg, nadat er in de nacht flink noodweer over het land is getrokken, maar gelukkig lijken de buien voorbij. Al snel gaan we weer klimmen, om via een lus door het Mullerthal te fietsen. Deze regio staat bekend als het Klein-Zwitserland van Luxemburg, dankzij de vele steile rotsen, grotten en de rijke plantenwereld. Het is er prachtig en hoewel je dit gebied nog beter met wandelschoenen of op de mountainbike verkent, is het ook over asfaltwegen schitterend om doorheen te rijden. Hier moeten we zeker nog een keer terug voor een offroad rit!
Onderweg wacht ons nog wel een flinke uitdaging. Op een fietspad tussen Consdorf en Echternach, die over een oude spoorlijn en door een kleine 'canyon' voert, moeten we regelmatig in de remmen voor omgewaaide bomen. De derde boom is gigantisch groot en blokkeert het volledige fietspad. Links een steile rotswand, rechts een riviertje en terug is het minstens vier kilometer. Dat wordt klauteren! Met veel kunst en vliegwerk slagen we erin om fietsen en fietsers onder en over de grote takken van de boom te leiden, zodat we alsnog onze route kunnen vervolgen terwijl de boom in onze verbeelding steeds grotere proporties aanneemt.
Vanaf Echternach zetten we koers richting de rivier de Moezel, die de grens met Duitsland markeert. Het landschap verandert, opent zich wat meer en zodra we bij de rivier komen zien we de wijnranken al op de hellingen liggen. En die hellingen zijn steil! De hoogte die we moeten overwinnen is iets minder, maar de percentages gaan regelmatig ruim boven de 15%. Onze benen branden, maar gelukkig wacht ons na een welverdiende lunch een laatste wat makkelijker stuk naar onze overnachtingsplaats in de Minett Regio.
Tekst gaat verder onder afbeelding

De flanken van de Moezel zijn loeisteil.
Mountainbiken over de Red Rock MTB-trails
Voor de afwisseling hebben we voor dag vier een ochtend mountainbiken op het programma staan. De Minett regio staat er namelijk om bekend dat het vol ligt met opvallende roodbruine trails en rotsformaties en die willen we graag verkennen. Minett heeft zijn naam te danken aan de rode, ijzerertshoudende bodem en was ooit de basis voor het wereldwijde succes van de Luxemburgse staalindustrie en inmiddels hebben routebouwers er prachtige trails op aangelegd.
We huren mountainbikes bij Rentabike Mellerdall, die keurig op tijd bij ons worden bezorgd en later weer opgepikt. De hardtail mountainbikes zelf zijn wat aan de oude kant, maar ze schakelen en remmen prima, dus we gaan vol goede moed op pad. Al snel begint het klauteren, want vanuit het dorpje Lingen moeten we eerst flink omhoog om in het bos bij de RedRock MTB Belvaux–Differdange Trail te komen. Mijn uitgetekende route naar de trail toe gaat blijkbaar over steile wandelpaden, want al snel is het tijd voor een hike-a-bike.
Eenmaal op de trail zelf, is het over het algemeen een stuk minder technisch. Ook voor een aantal niet-diehard mountainbikers in onze groep is het prima te doen, al zorgt de stormschade ook hier voor wat uitdagingen en ligt er af en toe iemand op de grond. Het mag de pret niet drukken, want de omgeving en soms heerlijke flow op de trails maken veel goed.
Cultuur snuiven in Luxemburg-stad
In de middag stappen we weer op onze racefiets, om in een uurtje naar Luxemburg-Stad te rijden. De stad is fietsvriendelijk ingericht en langs de boorden van het riviertje Petrusse ligt een glad fietspad die je zo richting het centrum leidt. De imposante oude stad ligt bovenop de heuvel en verkennen we te voet nadat we zijn ingecheckt bij de lokale jeugdherberg.
De stad is indrukwekkend gebouwd en de historie spat er vanaf. Het compacte centrum is goed te verkennen, zelfs met onze vermoeide fietsbenen en het vormt een leuke afwisseling op de vele natuur tijdens onze rondreis.
Op onze laatste dag rijden we vanaf de stad weer terug naar de auto in Wiltz en onderweg pakken we nog een aantal flinke beklimmingen mee om onszelf nog even goed uit te wringen. In vijf dagen legden we ruim 430 kilometer af met in totaal 8.000 hoogtemeters. Al die beklimmingen hebben er flink ingehakt, maar zorgen er ook voor dat dit een uitstekend trainingsweekend was. De beklimmingen, het schitterende asfalt, de prachtige natuur, er zijn eigenlijk geen redenen te bedenken om Luxemburg niet op je lijstje te zetten voor potentiële fietsregio's in de buurt!
Meer info over alle mogelijkheden omtrent fietsen, overnachtingen en routes vind je op visitluxembourg.com. Wil je weten welke routes wij reden? Check dan de Luxemburg-collectie op mijn persoonlijke komoot-account.
