Gek van de koers - wordt dit de nieuwe Annemiek van Vleuten?
Nu weet ze het zeker. Later wordt ze ook wielrenster...
© Getty Images - Tim de Waele

Een meisje met een bruine paardenstaart zit op de schouders van haar vader. Hij draagt een mondkapje tegen covid ónder zijn kin, zij een vrolijk jurkje. Ze staan al even in de brandende zon op het Place de Jaude in het centrum van Clermont-Ferrand te wachten als ze in de verte touringcars zien parkeren, met de namen van grote wielerteams erop.
De nieuwe Annemiek van Vleuten?
Samen zetten ze het op een lopen, schuin over het plein, door een zee van een paar duizend mensen die op deze zondagochtend graag een glimp op willen vangen van de beste wielrensters ter wereld, vlak voor ze beginnen aan de tweede editie van de Tour de France voor vrouwen. Het duo is hier duidelijk met een missie heen gekomen.
Bij een busje waar Team Movistar op staat, stoppen ze achter een roodwit lint. Ze kunnen net dichtbij genoeg komen om door een openstaand deurtje te zien hoe een renster met rugnummer één haar regenboogshirt dichtritst en haar hoge kousen tot aan haar knieholte optrekt. Hoe ze lacht als ze nog even snel door haar whatsappjes heen scrolt.
Het meisje tikt haar vader zenuwachtig op zijn schouder. Ze kan van opwinding niet meer stilzitten. Met haar linkerhand knijpt ze in een nog onbeschreven wielertricot.
“C’est Anne-mique! Komt ze al?”
“Bijna, meisje. Vast bijna.”
Na een kwartier dat wel een uur leek te duren, komt de favoriet voor de eindzege via een trapje naar buiten gelopen. Met een helm op haar hoofd en op wielerschoenen gaat dat een beetje onbeholpen. Als ze ziet hoeveel mensen er speciaal voor haar zijn gekomen, begint ze te glunderen en zegt ze theatraal: 'Bon-jour!'. Haar fans lachen en groeten haar terug.
Dan begint ze heel sereen, alsof ze van koninklijke bloede is, haar handtekening te zetten. In schriftjes, op foto’s van zichzelf, op petjes en op nationale vlaggen. Aan Colombiaanse fans vraagt ze in vloeiend Spaans hoe het met hen gaat.
Met de adem ingehouden
Het meisje staat inmiddels naast haar vader. Ze heeft het wielershirtje strak gespannen, zodat signeren geen enkele moeite kost. Als ze aan de beurt is, houdt ze haar adem in. Haar idool staat vlak voor haar neus, ze zou haar zo aan kunnen raken. Ze kan de zwarte stift over het katoen voelen glijden. Merci, merci, zegt ze, als haar shirtje met een paar penstreken onbetaalbaar is geworden. Haar missie is volbracht. De trots staat op haar gezicht gebeiteld.
Nu weet ze het zeker. Later wordt ze ook wielrenster. Net als Annemiek van Vleuten.