Toertocht, GF of wedstrijd?

Het verschil tussen een toertocht, Gran Fondo en een wedstrijd

Update: 21 mei om 15:07

Je hoeft geen wedstrijdlicentie te hebben om te kunnen koersen, en voor een toertocht hoeft dat al helemaal niet, maar weten aan wat voor soort rit je mee doet is toch wel makkelijk.

Het verschil tussen een toertocht, Gran Fondo en een wedstrijd

Toertochten, cyclosportieven, veldtoertochten, gravelrides, toertochten met een tijdsmeting, criteriums, Gran Fondo's, koersen en wedstrijden. Duizelt het je al? Tegenwoordig zijn er zoveel opties, in binnen- en buitenland, dat een beetje overzicht misschien best wel eens kan helpen.

Toertochten

Toertochten (naast ritten op de weg ook mtb-tochten, veldtochten of gravelrides) rijd je overal. Dit zijn georganiseerde ritten over verschillende afstanden. Er zit geen wedstrijdelement in deze evenementen en er is dus ook niets te winnen. Het gaat meer om de ervaring, het fietsen met vrienden en het rijden over uitgepijlde routes, al dan niet ondersteund met een gps-route voor op je fietsnavigatie. Dat kan het hele jaar rond, in de winter voornamelijk op de crosser of mountainbike en in de zomer op de weg met de racefiets. Bekende toertochten zijn onder andere de Amstel Gold Race of Limburgs Mooiste. Via de kalender van de NTFU vind je alle toertochten van het jaar.

Een trend onder toertochten is het meten van je tijd over korte trajecten (segmenten) tijdens de toertocht. Bijvoorbeeld met start onderaan de heuvel en finish bovenop. De LtD Gravel Raid doet bijvoorbeeld aan tijdswaarneming op verschillende Strava-segmenten. Winnaars wonnen afgelopen jaren leuke prijzen.

Gebruik deze 6 tips om perfect voorbereid te zijn op je eerste gravelrace of -toertocht.

Gran Fondo's en Cyclosportieven

Toch lijken toertochten, met of zonder tijdsmeting, niet op Gran Fondo's. Cyclosportieven of cyclo's zijn overigens hetzelfde; dat maakt het lekker makkelijk. Deze tochten bieden je de mogelijkheid om écht te koersen, zonder dat je een wedstrijdlicentie nodig hebt. Het principe is hetzelfde als in een echte koers: wie het eerst over de meet komt, die wint.

Je kan een Gran Fondo aanpakken zoals je zelf wilt. De één neemt het als een serieuze koers, slaat alle verzorgingsposten onderweg over en blijft aanklampen in de kopgroep met kans op de overwinning. Dat kan ook niet anders, als je voor resultaat rijdt. Er zijn zelfs speciale Gran Fondo-teams, die ervoor zorgen dat ze hun eigen verzorging langs de kant hebben staan om volledig gehydrateerd en verzorgd door te kunnen blijven koersen.

In Nederland bestaan er geen Gran Fondo's, in België slechts een handjevol, maar in Frankrijk of Italië kan je heel veel Gran Fondo's rijden. Wij hebben hier 12 gran fondo's op de kalender voor op je bucketlist opgesteld. De Fransen organiseren zelfs meerdaagse Gran Fondo's. Een prachtig voorbeeld daarvan is de Tour de l'Ain, met gele truien, bolletjestruien en zowel dag- als eindprijzen. Ook de Giro de Sardegna in maart op Sardinië is één van onze favorieten. Zelf stonden we al eens met Cyclosportive aan de start van Strade Bianche.

Let wel op: het deelnemen aan een gran fondo is geen kattenpies. Voor vrijwel alle Gran Fondo's heb je een medisch certificaat nodig. Die krijg je alleen als je een inspanningstest doet bij een Sport Medisch Centrum. De resultaten geven je gelijk houvast en een basis om te gaan trainen. Dat kan door samen met een trainer een trainingsschema op te stellen. Trainen heeft effect als je minimaal een schema van 12 weken volgt. Op Bicycling vind je een schema voor 16 weken en een paniekschema als je in de stress schiet 8 weken voorafgaand aan het event.

Heb je geen competitieve ambities? Doe dan ook gewoon mee aan een Gran Fondo want de ambiance en de uitdaging zijn werkelijk van een ander kaliber. Het voelt als Tour-de-France-spelen voor liefhebbers. Start wat verder van achter en rijd je eigen race. Genieten staat voorop.

Wedstrijden en koersen

Gran Fondo's komen voor recreanten het dichtst in de buurt van echte wedstrijden. Maar wil je echte koerservaring, dan zijn (internationale) wedstrijden meer voor jou. Daarvoor heb je een KNWU/UCI-licentie nodig.

Rondjes om de kerk (criteriums) rijd je al gauw met een sportklasse of amateurlicentie van de KNWU. Het aantal klassiekers (of omlopen) blijven in deze categorie beperkt. Met een elitelicentie kan je die wel rijden, maar daar wordt het wielrennen ook gelijk een stuk serieuzer van. Je rijdt dan al snel voor een officieel team, met veel trainingsuren en jonge wielrenners die de ambitie hebben om prof te worden.

Bij alle wedstrijden waar je een licentie voor nodig hebt, wordt er gesproken over 'koers' of 'koersen'. Rijd je dus een toertocht of een trainingsrondje, tja, dan ben je niet aan het koersen.

Het niveau van elitewedstrijden ligt - afhankelijk van de wedstrijd - hoog, zeker in vergelijking met koersen voor amateurs en sportklasse. Ook is de afstand voor eliterenners beduidend langer. Klassiekers van 180 kilometer zijn geen uitzondering.

Tijdens prestigieuze Gran Fondo's (zoals La Marmotte) ligt de gemiddelde snelheid vaak net zo hoog als bij elitekoersen, maar wordt er iets vriendelijker gereden. Dat wil zeggen dat er iets meer ruimte is om in te manoeuvreren. Er is namelijk minder nivellering in dergelijke races én niemand heeft een eigen volgauto.