De groep: Jeroen Bosch

Fietsen kan natuurlijk alleen, maar samen rijden heeft ook zo zijn charme. Een portret van Fietsgroep Jeroen Bosch.

Noem het geen smurfenblauw. Nee, het is pauselijk blauw. Of beter nog: mariablauw. Feit is dat hun vrouwen liever zagen dat ze in wat donkerder, of in ieder geval flatteuzere, kleding zouden koersen. Maar bij Coureurs Club Jeroen Bosch zijn ze trots op hun stad, trots op het bourgondische én katholieke van Den Bosch, trots ook op hun helden. Zoals de schilder Jeroen Bosch én Gerrit Schulte.

CCJB: Coureurs Club Jeroen Bosch

En dus fietsen ze, elke woensdagavond en zondagmorgen, in het blauw. Vorig jaar nog vierden ze hun tienjarig jubileum, met een trainingskamp in Andalusië. Een prachtig feest. Totdat een van de aanwezigen de notulen nog eens goed doorlas en ontdekte dat CCJB pas negen jaar bestond. En dus zal de groep later dit jaar nóg een keer sportief stilstaan bij de mijlpaal.

Het lijkt, als je voorzitter Erwin Dito beluistert, geen probleem te zijn. In Den Bosch maken ze overal een feestje van. Hoe dan ook, ongeveer een decennium terug werd CCJB geboren, aan de bar van café Reinders. Een goed doel lonkte, met een bijbehorende fietstocht van Diekirch naar Valkenswaard. Eén probleem: de Bourgondiërs hadden eigenlijk, een uitzondering daargelaten, nooit op een racefiets gezeten. Dat veranderde nadrukkelijk de laatste jaren. Het gezelschap is behoorlijk fanatiek geworden. Voor koffie wordt onderweg niet meer gestopt. ‘We voelden altijd de drang om snel weer door te rijden. Een Paulaner, achteraf op het terras, daar kijken we meer naar uit.’

Hoewel het altijd de bedoeling is zowel samen te vertrekken als weer samen aan te komen, kan het met name op zondagmorgen in het derde uur behoorlijk hard gaan. ‘Wie niet voldoende traint, moet er dan soms wel af.’

De blauwe trein

De vrijbuitersclub telt een kleine vijftig leden. De oudste van het stel, Henk, is 71 én superfit. Maar toch, hij is – zo is ook te lezen op het bordje op zijn fiets – officieel de enige beschermde renner van de club. ‘Die wordt dus altijd en overal uit de wind gehouden,’ zegt Dito.

De gemiddelde leeftijd ligt rond de 40-45. Nieuw bloed is altijd welkom, wie zich bij Café de Unie meldt kan altijd een keertje meerijden. Het gezelschap kent alleen mannelijke leden. Hoewel voorzitter Erwin Dito weet dat dat eigenlijk niet kan, is hij daar wel helder over. ‘Het staat niet zo in de statuten omschreven, maar we weren de dames stiekem wel. Omdat er een aantal heren toch onrustig van wordt. Als er zo nu en dan eens een vrouw meerijdt, zie je jongens op kop komen die zich anders helemaal nooit vooraan laten zien. Dan gaat opeens het tempo omhoog, moeten de spierballen worden getoond.’

Historisch besef kan je het mannenbolwerk overigens niet ontzeggen. Dat blijkt al uit de prominente rol voor de naamgever van de club, schilder Jeroen Bosch. Bovendien is er nog een reden om het blauw, dat bij sommigen onvoldoende het bourgondische leven weet te verhullen, trouw te blijven. CC Jeroen Bosch is namelijk bovenal ‘de blauwe trein’. Een verwijzing naar het baanwielrennen, waar de mannen uit dat selecte gezelschap - onderwijl koersend op de Côte d’Azur, de brede blauwe strook onderin de baan - de prijzen verdeelden.

Gerrit Schulte

Gerrit Schulte, geboren Amsterdammer maar als coureur en horecabaas groot gegroeid in Den Bosch, maakte deel uit van die beruchte trein. Nog minimaal één keer per jaar wordt een tocht gereden met Schulte, de wereldkampioen achtervolging van 1948, in het achterhoofd. ‘Gerrit Schulte is en blijft, hoewel hij al een kwart eeuw dood is, toch onze beschermheer. Ze noemden hem Le fou pédalant, de fietsende dwaas, omdat hij zo met zijn krachten smeet.'

'Elke jaar houden we ter ere van hem, meestal begin april, een pelotonstocht met een man of 200. Daar zijn de meesten in de wintermaanden al zenuwachtig voor, je moet dan echt weer op tijd beginnen met trainen.’

Dit verhaal verscheen eerder in Bicycling 3 (2018). Wil je meer van dit soort verhalen lezen? Neem dan een abonnement op Bicycling.