Voormalig prof Koen de Kort ontdekt zichzelf als hardloper
Zonder vooropgezet plan is voormalig renner Koen de Kort begonnen aan zijn tweede sportleven. De oud-prof ontdekte na afloop van zijn carrière de hardloopsport en is het sindsdien steeds serieuzer gaan aanpakken. Bijna net zo fanatiek als op de fiets. Hij neemt ons mee op zijn ontdekkingstocht.
Maikel Samuels

Tom Dumoulin liep een paar maanden geleden tijdens de Halve Marathon van Egmond een tijd van 1 uur 8 minuten en 45 seconden. Mathieu van der Poel deed rennend minder dan 19 minuten over vijf kilometer. Evenals Wout van Aert. En Tom Pidcock kwam op die afstand zelfs in de buurt van het Brits record. Andere namen die in dit rijtje passen: Bauke Mollema, Demi Vollering, Remco Evenepoel, Adam Yates, Lance Armstrong en Abraham Olano.
Fietsende hardlopers. Of hardlopende fietsers. Het is maar net op welke periode van hun leven het vergrootglas ligt. In bepaald opzicht is de huidige generatie wielrenners schatplichtig aan Primoz Roglic. De Sloveen loopt liefst in de ochtend een rondje, zelfs met een zware training of koers op het programma. En vele anderen hebben dat gekopieerd, al implementeren veldrijders van oudsher looptrainingen.
Identiteitscrisis
Hoewel zijn foto op whatsapp anders doet vermoeden - de beste man draagt een wielerhelm, misschien is het een vorm van een lichte identiteitscrisis - is oud-renner Koen de Kort ook bevangen met het hardloopvirus. Leuk, die wedstrijden over vijf of tien kilometer, of desnoods een halve marathon, maar de Brabander denkt groter. Bij de Kullamannen volbracht hij vorig jaar in Zweden honderd kilometer op ruig terrein. Zo ver zijn Roglic en Van Aert nog niet.
Stiekem, een beetje in de luwte van de aandacht rond het peloton, heeft hij als wielerpensionado de magie van het hardlopen ontdekt. De Kort past in het typische profiel van een ambitieuze hardloper op leeftijd. Met alle mogelijke respect uiteraard. Zoeken naar de grenzen, een brandend verlangen om steeds verder te gaan, kijken waar het lichaam halt roept. Want wat is nou lekkerder dan het geluid van de eigen ademhaling en de schoenzolen die ritmisch de grond raken? Een wielrenner zou antwoorden: diezelfde ademhaling en het geluid van schakelen en een ratelende ketting. De oude Koen De Kort ook, maar das war einmal. Hij is zichzelf helemaal opnieuw aan het ontdekken.
‘Ik vind zo’n lange afstand eigenlijk beter en fijner dan een marathon’, vertelt De Kort over de telefoon. Hij liep met Valencia en Barcelona al twee keer de klassieke afstand van 42 kilometer en 195 meter. ‘Dan moet je zo ongelofelijk hard blijven lopen. Uithoudingsvermogen is meer mijn ding, dan voelt snelheid minder belangrijk.'
Pijnlijk voor de wielercracks, maar De Kort, inmiddels 42 jaar oud, is van zijn geloof gevallen. Of gezwicht voor een andere religie. Hij voelt zich nu meer hardloper dan wielrenner. ‘Het is ook leuk om na al die jaren eens iets anders te doen. Wanneer ik op de fiets zit, zegt een stem in mijn hoofd dat het vroeger harder ging. Daar krijg ik geen voldaan gevoel meer van. In het hardlopen kan ik nog verbeteren. Misschien zit er toch nog een beetje een topsporter in mij.’
Lees het complete interview met Koen de Kort in Bicycling #2, nu te koop in de winkel en onze webshop.