Col de la Loze: de hoogste berg in de Tour de France 2025
De Col de la Loze is met 2.304 meter de hoogste berg in de Tour de France 2025. Deze brute Alpenklim stelt renners zwaar op de proef met ijle lucht, steile stroken en een onvoorspelbaar klimprofiel.

Met zijn indrukwekkende top op 2.304 meter hoogte is de Col de la Loze dit jaar het hoogste punt in de Tour de France 2025. Deze col in de Franse Alpen is pas sinds kort opgenomen in het Tourparcours, maar heeft in korte tijd al de reputatie van een genadeloze beklimming opgebouwd. Wat maakt deze berg zo zwaar, en welke rol speelt hij in de geschiedenis van de Tour?
Fietsen boven de 2.000 meter: waarom het zo zwaar is
Fietsen in de Alpen is nooit makkelijk, maar klimmen tot boven de 2.300 meter brengt extra uitdagingen met zich mee. De lucht is op grote hoogte namelijk aanzienlijk ijler: hoe hoger je komt, hoe minder zuurstof je lichaam opneemt. Dat betekent dat je hart en longen harder moeten werken, terwijl je benen al verzuren van de steile klim.
Daarnaast is de Col de la Loze allesbehalve een 'regelmatige' klim. Waar sommige Alpenpassen lange, geleidelijke hellingen kennen, wisselt de Col de la Loze continu van hellingsgraad. Korte, steile stukken (tot wel 18%) worden afgewisseld met vlakkere stroken en zelfs lichte afdalingen, waardoor je nooit in een ritme komt.
De klim vanuit Courchevel: een rit naar de hemel
De Col de la Loze is via twee kanten te beklimmen. De kant vanaf Méribel is het meest berucht en werd twee keer in de Tour de France aangedaan, in 2020 en 2023. Dit jaar gaan de renners de andere kant van de col op, vanuit Courchevel. Deze kant werd nog niet eerder beklommen. De klim begint relatief vriendelijk in het dal bij Brides-les-Bains, maar wordt pas écht serieus na Courchevel.
- Totale lengte: 26,4 kilometer
- Hoogteverschil: ca. 1.710 meter
- Gemiddeld stijgingspercentage: 6,5%
- Steilste 100 meter: tot 13,3%
Na Courchevel wordt de Col de la Loze pas echt zwaar. Auto's zijn hier verboden. Wat volgt is een smal, golvend lint asfalt dat de bergrug volgt met hoge stijgingspercentages, afgewisseld met vlakkere stukken en soms zelfs een korte afdaling. Het gemiddelde stijgingspercentage bedriegt: de onregelmatigheid van de hellingshoek maakt dit een loodzware klim (hoewel net iets minder zwaar dan de andere kant). De laatste kilometers richting de top zijn uitputtend en gaan langs de rand van skistations en kale bergtoppen, met adembenemende uitzichten op de Mont Blanc als de renners daar nog oog voor hebben.
De Tour en de Col de la Loze: jong, maar beslissend
De Col de la Loze is een relatief nieuwe beklimming in de Tour de France. De eerste keer dat deze col werd opgenomen in het parcours was in 2020. Toen was het meteen raak: Miguel Ángel López (foto) won de rit naar de Col de la Loze. Het was zijn eerste zege in de Tour de France. Op indrukwekkende wijze liet hij Roglic en Pogacar achter zich. Roglic en Pogacar vochten achter Lopez een verbeten strijd tegen elkaar. Meter voor meter leek Pogacar terug te komen bij Roglic. In de laatste meters liep Roglic toch weer uit op zijn rivaal. Roglic, toen nog in het geel, zou de Tour de France dat jaar op dramatische wijze verliezen in de klimtijdrit naar Planche des Belles Filles.
Ook in 2023 keerde de Loze terug en zorgde opnieuw voor spektakel en grote tijdsverschillen. De steile stroken boven de 2.000 meter bleken een perfect decor voor aanvallen van klassementsrenners. In etappe 17 is het dit keer Felix Gall die de etappe pakt. Maar achter de rug van Gall zijn we getuige van een mega-inzinking van Tadej Pogacar. Die dag verliest de Sloveen 6 minuten op latere winnaar Jonas Vingegaard. Tot nu toe nog geen gelukkig huwelijk tussen Pogacar en Col de la Loze.
In 2025 is het dus de derde keer dat deze klim in de Tour de France zit, en met een plek in etappe 18 is de verwachting dat de strijd om het geel hier beslist zal worden.