Parijs-Tours 2025 voorbeschouwing: gravelstroken door de wijnranken

Update: 8 oktober om 14:00
Online Editor

Getty Images

Getty Images

Parijs–Tours is de koers van grind en wijnranken. De inmiddels beroemde gravelstroken – of beter gezegd, de chemins de vigne – slingeren dwars door de wijngaarden rond Tours en zijn hét handelsmerk van deze wedstrijd geworden. Wat ooit begon als een experiment om wat extra pit toe te voegen, is nu onlosmakelijk verbonden met de identiteit van de koers. Vorig jaar leek het zelfs alsof de UCI per ongeluk het WK Gravel naar de Loirestreek had verplaatst: zoveel modder en grind lagen er op de weg dat de renners haast onherkenbaar over de finish kwamen. Het verschil met een officieel gravelkampioenschap? Hier volgt na elke strook geen adempauze, maar meteen weer een gevecht om positie richting de volgende. Parijs–Tours is daardoor elk jaar opnieuw een cocktail van chaos, spektakel en onverwachte helden.

Een koers vol grillen

Wie Parijs–Tours zegt, zegt onvoorspelbaarheid. Al in de vroege twintigste eeuw klaagden renners dat de wedstrijd aanvoelde als een loterij: met wind in de rug veranderde de koers in een massasprint aan vijftig kilometer per uur, terwijl zijwind hem tot een slijtageslag maakte die niet zou misstaan in Vlaanderen. Die wisselvalligheid is nog altijd de ziel van de wedstrijd. De open vlaktes, de grillige herfstwind en de hobbelige paden door de wijngaarden zorgen voor een strijd waarin geen enkel scenario vaststaat.

Parijs–Tours leeft ook van de anekdotes

In 2024 werd de koers een waar modderfestijn. Onder een constante regen veranderden de chemins de vigne in glibberige kleipaden, waardoor renners haast onherkenbaar over de finish kwamen. Complete gezichten verdwenen onder dikke lagen modder; sommige renners leken meer op crosstalenten uit Gavere dan op wegrenners in de Loirestreek. Fotografen spraken na afloop over beelden die meer deden denken aan Roubaix of Strade Bianche dan aan een traditionele najaarsklassieker.

paris tours© Marvan

Een jaar eerder, in 2023, schreef Parijs–Tours een van zijn mooiste verrassingshoofdstukken. De Amerikaan Riley Sheehan, rijdend als stagiair voor Israel–Premier Tech, klopte de gevestigde namen in de sprint en bezorgde zichzelf op slag een plek in de wielerfolklore. Een stagiair die Parijs–Tours wint – dat past perfect bij het grillige karakter van deze koers, waar altijd ruimte is voor onverwachte helden.

paris tours© Getty Images

En in 2022 ging het er weer heel anders aan toe. Het weer was droog, maar de gravelstroken maakten ook toen al het verschil. In de laatste kilometers was het stuivertje wisselen, met de aanvallers die de chaos in de wijngaarden probeerden te benutten en de sprintersploegen die wanhopig orde zochten. Geen modder, geen epische taferelen, maar wel een finale vol spanning op de stoffige chemins de vigne.

Het typeert de charme van Parijs–Tours: geen enkele editie lijkt op de vorige. Soms wordt het een razendsnelle massasprint, soms een stoffige stoelendans door de wijngaarden, en soms een strijd in de regen die meer wegheeft van een veldrit. Maar altijd schrijft de koers een verhaal dat niemand had kunnen voorspellen.

Het parcours

De 2025-editie van Parijs–Tours voert het peloton opnieuw van Chartres naar Tours over een afstand van 211,6 kilometer. Het eerste deel van de wedstrijd is relatief vlak en open, ideaal terrein voor waaiers als de wind meezit of tegenwerkt. Maar zoals altijd draait alles om de laatste zeventig kilometer.

Daar liggen de inmiddels legendarische chemins de vigne te wachten: smalle gravelstroken die dwars door de wijngaarden van de Loire kronkelen. De organisatie heeft er dit jaar tien in de route opgenomen, samen goed voor meer dan 10 kilometer onverhard terrein. Ze zijn niet lang als de kasseienstroken in Roubaix, maar vaak venijnig bochtig en bezaaid met grind of klei, waardoor positionering cruciaal is.

paris tours© Paris-Tours
paris tours© Paris-Tours

Na de laatste strook volgen de korte hellingen rond Rochecorbon en Vouvray, waar vermoeide benen nog één keer getest worden. Vanaf daar daalt het peloton richting Tours, waar de iconische Avenue de Grammont het strijdtoneel vormt. Een brede, rechte aankomststrook van bijna twee kilometer: ideaal voor een massasprint, tenzij de chaos in de wijngaarden eerder al een kleine groep vooruit heeft gebracht.

Favorieten en outsiders

De voorlopige startlijst voor Parijs–Tours 2025 belooft een mix van sprinters, allrounders en klassieke hardrijders. Arnaud De Lie lijkt een van de grote troeven. De jonge Belg van Lotto Dstny heeft de kracht om de gravelstroken te overleven en de snelheid om het op de Avenue de Grammont af te maken. Zijn ploeggenoot Jenno Berckmoes kan in de luwte meesurfen en als outsider verrassen.

Bij Alpecin-Deceuninck staat Jasper Philipsen voorlopig op de lijst. Hij is een van de snelste spurters ter wereld, maar moet de chemins de vigne zonder kleerscheuren doorkomen. Als dat lukt, is hij de topfavoriet voor een massasprint.

Het sterke Visma | Lease a Bike stuurt met Christophe Laporte en Dylan van Baarle een duo dat perfect past bij dit parcours. Laporte bewees vorig jaar al dat hij de modder en chaos meester is, en van Baarle heeft de inhoud en ervaring om op gravel zijn slag te slaan.

Met dit deelnemersveld lijkt het scenario helder: sprinters als Philipsen en De Lie dromen van een spurt op de Grammont, maar aanvallers zoals Laporte of Van Baarle zullen er alles aan doen om de boel eerder open te breken. Zoals altijd in Parijs–Tours geldt: de winnaar is zelden degene die alleen op papier favoriet was.

Video