Richie Porte ligt op de vierde plaats in het algemeen klassement als het noodlot toeslaat. Tijdens de afdaling van de Mont du Chat in de afgelopen Tour komt de Australiër onfortuinlijk ten val, röntgenfoto’s wijzen uit dat zijn sleutelbeen en bekken zijn gebroken. De latere winnaar Chris Froome is op slag een van zijn voornaamste belagers kwijt. We spreken Richie Porte drie weken later, terwijl hij revalideert in zijn huis in Monaco.
Hoe gaat het nu met je?
‘Sinds mijn val heb ik rust moeten houden. Heel frustrerend. Ik kijk televisie en speel wat met mijn mobieltje. Wel heb ik de Tour de France gevolgd. Het was gek om mijn concurrenten te zien rijden; ik hoorde daar bij. Maar ik heb mazzel gehad, het had erger kunnen aflopen.’
Hoe ziet je herstelprogramma er uit?
‘Zodra het mag, ga ik zwemmen. Daar ben ik namelijk dol op, al kan ik het niet zo goed als fietsen. Zwemmen heb ik altijd al gedaan, het is leuk voor de afwisseling. Ik breng heel wat uurtjes in het zadel door, en zwemmen zorgt dan voor de broodnodige variatie.’
Woon je in de buurt van een zwembad?
‘Hier in Monaco heb ik een prachtig wedstrijdbad tot mijn beschikking, maar ik neem ook graag een duik in de Middellandse Zee. Van langdurig fietsen word ik stijf, zwemmen maakt me weer soepel.’
Heb je een zwemtrainer?
‘Dat is niet nodig, ik beschik over genoeg algemene kennis van de trainingsleer. Zo voer ik in het water – net als op de fiets – intervallen en duurtrainingen uit. En aan het eind van een zwemtraining zwem ik lange stukken onder water. Zo leer ik mijn spieren om arbeid te leveren met een minimum aan zuurstof.’
Tekst: Peter Klooster
Een uitgebreider interview van Annie Emmerson met Richie Porte kun je hier terugvinden. Vooral interessant voor de fietsende zwemmers of zwemmende fietsers onder ons.
